Buitenlandse Zakenminister S. Jaishankar heeft de voortdurende arrestaties van Indiase vissers door de Sri Lankaanse autoriteiten toegeschreven aan een omstreden maritieme overeenkomst die in 1974 werd ondertekend. Tijdens een evenement ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van de noodtoestand, verklaarde Jaishankar dat de overeenkomst, gemaakt tijdens de noodtoestand, leidde tot het opgeven van bepaalde visrechten voor Indiase vissers.
De Indo-Sri Lankaanse Maritieme Grensovereenkomst van 1974 resulteerde in de overdracht van het onbewoonde eiland Katchatheevu aan Sri Lanka. Een daaropvolgende overeenkomst uit 1976 beperkte de visactiviteiten in de regio verder, wat leidde tot voortdurende geschillen. Jaishankar bekritiseerde de Congrespartij om deze beslissing, benadrukkend dat deze niet zou zijn geaccepteerd als het parlement op dat moment goed had gefunctioneerd.
Jaishankar benadrukte het gebrek aan publieke en parlementaire controle tijdens de 21 maanden durende noodtoestand, die begon op 25 juni 1975. Hij herinnerde zich persoonlijke ervaringen en familiebanden met leiders die tegen de noodtoestand waren. In een scherpe aanval op de Congresleiding stelde Jaishankar de weigering van de partij om zich te verontschuldigen voor de noodtoestand ter discussie, beschrijvend het als een aanval op de levenswijze van de mensen.
Bij het adresseren van de claims van de oppositie over een "niet-verklaarde noodtoestand" onder de huidige regering, verduidelijkte Jaishankar dat dit niet de tijd van een noodtoestand is, noch dat er in de toekomst een zal zijn. Hij onderstreepte de betekenis van het symbolische parlement dat door de BJYM werd gehouden als een demonstratie van India’s toewijding aan democratie.
Tijdens de noodtoestand, wees Jaishankar erop, werden vijf grondwettelijke amendementen en 48 verordeningen aangenomen, waarvan er een verhinderde dat noodtoestand-bepalingen in welke rechtbank dan ook werden betwist. Hij benadrukte het vreedzaam verzet van India in die tijd als bewijs dat "democratie in ons DNA zit", wat leidde tot de herstelling van de democratische heerschappij via de stembureau.
Jaishankar verwees ook naar momenten van eenheid, waarbij hij Operatie Sindoor aanhaalde, waar zelfs oppositieleiders zich verenigden om de wereldwijde positie van India te versterken, wat "diepe nationale trots" weerspiegelt en dient als tegengif voor de autoritarismen van de noodtoestand.
Het symbolische parlement van de BJYM diende als een platform om na te denken over de democratische waarden en het belang van het beschermen ervan tegen elke vorm van autoritarisme. Het evenement benadrukte de collectieve verantwoordelijkheid om de grondwet en de democratische structuur van de natie te waarborgen.
De controverse rond het eiland Katchatheevu is een langdurige kwestie, met verschillende politieke leiders en partijen die uiteenlopende standpunten over de kwestie innemen. De recente uitspraken van Jaishankar en het initiatief van de BJYM benadrukken de voortdurende debatten en de noodzaak van een uitgebreide oplossing om rekening te houden met de zorgen van alle betrokken partijen.
Op 27 juni 2025 is de situatie nog steeds een onderwerp van actieve discussie en politieke discours, met oproepen voor verder dialoog en oplossing die vanuit verschillende hoeken blijven opkomen.